_

#38. Vacuüm

We leven in een soort vacuüm. De buitenwereld komt nog binnen door middel van nieuws maar wij komen niet meer in die buitenwereld. Binnen deze verplichte, nieuw gecreëerde bubbel proberen we allemaal opnieuw onze draai te vinden. De tegenstelling met ons leven hiervoor is groot. Het coronavirus houdt de wereld in zijn greep. Iedereen vraagt zich af: wat mogen we op korte termijn weer doen? De scholen zijn tot 28 april dicht, daarna wordt opnieuw gekeken wat er mogelijk is. Tot 1 juni zijn in principe alle evenementen afgelast. Is het mogelijk dat de jongens in juni nog trainen? Zodat hij nog kan ervaren wat het met hem doet om zijn teamgenoten, de club te zien en dat meenemen in een beslissing? Dat hij kan voelen wat het met hem doet als hij daar voetbalt? Wat mij betreft stellen we het besluit uit tot juni. Dan mag er waarschijnlijk weer gevoetbald worden. Dan kan hij ervaren hoe is het om nog bij Vitesse rond te lopen.

En als dat niet meer gaat gebeuren, hoe gaat Niels dan afscheid nemen? Of zeggen we: dit is zo’n rare manier van weggaan bij een club, we knopen er nog een jaartje aan vast? Want dat mag hè, hij moet niet weg. Hij mag blijven. Ze adviseren alleen een andere club.

Niels heeft nog steeds geen beslissing genomen. Ik vind dat hij er bijzonder rustig onder is. Hij kan er vaak niet tegen als situaties onduidelijk of spannend zijn, maar daar merk ik nu helemaal niets van. Hij geniet ervan om in alle rust zijn werk voor school te doen. En daarnaast is hij elke middag ‘vrij’. Hij gebruikt die tijd om te sporten, te spelen en te gamen. Ik heb er bewondering voor hoe hij fanatiek oefeningen en opdrachten van zijn trainer blijft doen. Hij doet niets liever dan voetballen, dat wordt wel heel duidelijk in deze periode. Hij is fit en heeft veel energie. Ik zie zijn humor terug, het is een heerlijke puber.

Misschien is dit vacuüm wel een zegen voor hem. Hij kan het laatste stukje van de groeispurt rustig doen zonder gehinderd te worden door overbelasting. Zijn stem daalt in twee maanden tijd. Hij is 10 cm gegroeid. Hij komt echt tot rust. Hij krijgt de tijd om er even met afstand naar te kijken. Hij realiseert zich dat hij er nog niet klaar mee is. Dat hij nog steeds heel erg graag voetbalt. Wat nou, ze moeten hem daar niet meer, hij voelt zich fitter en sterker dan ooit en misschien gaat hij dat gewoon nog bewijzen. Hoe het ook lonkt om niet meer moe te zijn, in de buurt op school te gaan, aan alles merk ik dat hij er nog niet klaar mee is. Hij wil het niet opgeven, hij wil nog iets laten zien.

De enige manier waarop dat kans van slagen heeft is als hij alle perfectionisme laat vallen. Die kan hij er nu niet meer bij gebruiken. Die heeft hem zo in de weg gezeten. Hij wilde zich zo graag bewijzen en was zo boos op zichzelf elke keer als er iets niet lukte of als hij weer geblesseerd raakte. Dat straalde hij uit. Je zag het plezier niet meer. De enige manier om zelfvertrouwen en plezier terug te krijgen is volgens Vitesse een stapje terug te doen: dan gaat hij ervaren wat zijn kwaliteiten zijn. De enige manier zou ook kunnen zijn: op topniveau blijven trainen, keihard ervoor blijven werken maar vanuit het plezier. Niemand kan je nog wat maken, het enige wat je er nog mee kan winnen is dat ze inzien dat ze een verkeerde beslissing maken en je er toch graag bij willen hebben.

 

Is dat het harde werken waard?

Is dat vermoeidheid en spierpijn waard?

Waar doe je het uiteindelijk voor?

Wat wil je met je voetbal?

 

Binnen die nieuwe bubbel, dat vacuüm, zijn dit de vragen die ronddwarrelen.